Encephalitozoön Cuniculi
Wat is encephalitozoön cuniculi?
Het is een parasiet die uitsluitend in cellen van de gastheer leeft. De voornaamste gastheer is het konijn, maar hij komt ook voor bij schapen, geiten, honden, katten, apen, cavia´s en de mens. Bij de mens is het alleen een probleem in mensen met een afweerprobleem en onder zeer slechte hygiënische omstandigheden. De kans dat u het van uw konijn krijgt is onder normale omstandigheden eigenlijk nul.
Hoe wordt het verspreid?
Sporen van de parasiet worden via de urine van besmette dieren in het milieu gebracht, waarna ze via voedsel opgenomen worden. Soms kan het ook gebeuren dat de sporen via de lucht ingeademd worden. Jonge konijnen kunnen al in de baarmoeder besmet raken.
Wat zijn de symptomen en welke ziekten veroorzaakt het bij konijnen?
Uit onderzoek in Engeland is gebleken dat ruim 50% van de gezonde konijnen drager zijn van deze parasiet. Waarom sommige konijnen ziek worden is nog onduidelijk. Waarschijnlijk heeft het iets te maken met een verminderde afweer.
De volgende symptomen kunt u zien:
:
• Zwakte in de achterhand
• Hoofd en hals verdraaid in een vreemde positie (torticollis)
• Paralyse (verlamming ledematen)
• Tremoren (hevige trillingen)
• Urine incontinentie
• Cataract of ontsteking van de iris
• Nierproblemen
Al deze problemen ontstaan als reactie van het lichaam op de geïnfecteerde cellen. Echter deze verschijnselen kunnen ook veroorzaakt worden door andere ziekten, dus op de klachten alleen is het lastig om een diagnose te stellen.
Hoe wordt E. cuniculi gediagnosticeerd?
Aan de hand van de klinische klachten aangevuld met een bloedonderzoek naar aangemaakte antilichamen tegen E. cuniculi. Helaas is ook een bloedonderzoek niet altijd éénduidig. Een negatief resultaat sluit een infectie meestal uit, tenzij het bloedmonster werd afgenomen in het allereerste stadium van de ziekte. Dan heeft het lichaam namelijk nog geen tijd gehad om antilichamen te maken.
Een positief resultaat is minder duidelijk: het dier kan drager zijn zonder de ziekte te hebben. Als de titer (hoeveelheid antilichamen) hoog is én er klinische symptomen zijn is dit wel duidelijk, maar bij een lage titer en minder symptomen is er twijfel. In dat geval moet de test een tijdje later herhaald worden. Zie je een stijging in de titer, dan is de diagnose alsnog gesteld.
Hoe behandel je Encephalitozoön cuniculi?
Het doel van de behandeling is voorkomen van verspreiding van de sporen (nakomelingen van de parasiet) en genezing van de ontsteking die het gevolg is van de infectie. Meestal wordt fenbendazole gebruikt, 20 mg/kg één maal daags gedurende 4 weken soms in combinatie met een lage dosis prednison om de neurologische problemen tegen te gaan. Er zijn echter nog andere medicijnen die ook werkzaam zijn.
Indien de behandeling niet binnen een week verbetering laat zien, dan is óf de diagnose niet correct óf de therapie slaat niet aan. Soms is dwangvoeren noodzakelijk, zoals bij een cavia!
Kan ik preventief iets doen?
Het is niet duidelijk of het helpt als je een konijn regelmatig uit voorzorg met fenbendazole behandelt. In de tussen liggende periode loopt hij namelijk wel weer besmettingsgevaar. Verder krijgen meer dan de helft van de konijnen die wel besmet zijn, de ziekte niet.
Lost de behandeling het probleem op?
De meeste konijnen worden wel beter, maar de vraag blijft of zij niet drager zijn geworden. Soms zien we dan ook dat de problemen opnieuw de kop op steken. Dan is een nieuwe behandeling aangewezen. Sommige konijnen hebben een levenslange behandeling nodig, andere zijn na één kuur genezen.
Kan ik voorkomen dat mijn konijn geïnfecteerd raakt met E. cuniculi?
Ja, indien de konijn vrij is van de parasiet (vast te stellen door bloedonderzoek), er normale hygiëne is, en het dier niet in contact komt met andere konijnen, is er geen risico van besmetting.
Is er een vaccin tegen E. cuniculi?
Neen, het is een protozoaire parasiet, geen virus, en tegen parasieten zijn er geen vaccins.
Wat is de prognose voor een konijn met E. cuniculi?
Dit hangt geheel af van de reactie van het dier op de behandeling. Ook als er rest symptomen zijn, zoals bijvoorbeeld een scheef hoofd, kan de levenskwaliteit nog goed zijn. Als het dier nog goed eet, loopt, speelt etc is de kwaliteit goed. Valt hij continue om, kan hij zich niet meer schoon houden of niet meer aan zijn nachtfaeces komen, dan is de kwaliteit slecht.